De dorpen van Bergeijk zijn sterke, leefbare dorpen. De waardering van inwoners maar ook bezoekers en recreanten is hoog. Tegelijkertijd zien we wel dat de leefbaarheid onder druk staat. Dat heeft vooral te maken met de individualisering en vergrijzing van de maatschappij, maar ook de krapte op de woningmarkt heeft effecten. Dat zien we onder meer terug bij sportverenigingen en gemeenschapshuizen: het wordt steeds moeilijker om de vaak al decennialang bestaande sociale structuren op dezelfde manier overeind te houden en daarmee ook de instandhouding van de bijbehorende voorzieningen. 

Wonen

De afgelopen jaren heeft de woningmarkt grote veranderingen doorgemaakt. Van de crisis waarin de huizenmarkt zich tien jaar geleden bevond, is al lang geen sprake meer. Woningprijzen stijgen en nieuwbouwprojecten raken snel verkocht. De vraag naar woningen is zeer groot, niet alleen vanuit eigen inwoners maar ook omdat Bergeijk binnen Brainport een aantrekkelijke gemeente is om te wonen. Dit heeft ertoe geleid dat het woningaanbod in de bestaande voorraad sterk is afgenomen. Daarnaast sluit de bestaande woningvoorraad niet voldoende aan bij de vraag die er vanuit verschillende doelgroepen is. De sterke economische groei die de regio Eindhoven Brainport doormaakt, heeft dus zowel positieve als negatieve kanten voor de Bergeijkse woningmarkt.

De gemeente heeft een belangrijke rol op de woningmarkt. De Woonvisie uit 2013 heeft als uitgangspunt dat er flexibel gebouwd dient te worden voor de doelgroepen (senioren, starters, zorgbehoevenden, etc.). Daarbij geldt dat de gemeente terughoudend omgaat met nieuwe woningbouwontwikkelingen: nieuwbouw moet een groot maatschappelijk belang dienen. Wat het begrip “maatschappelijk belang” betekent is uitgewerkt in latere oplegnotities (2016 en 2017) . Hierbij komt het erop neer dat nieuwbouw voornamelijk gericht moet zijn op de doelgroepen. De Kempische Visie op Wonen en de Brabantse Agenda Wonen hebben een groter accent op het versnellen van de woningbouwopgave, waarbij de focus ligt op het kwalitatief vergroten van het aanbod. We hebben als gemeente de ruimte om binnen die opgave zelf accenten te leggen. Het is duidelijk dat ook wij als gemeente een opgave hebben om de woningbouwopgave te versnellen.

Omdat de gemeente veel grote huizen in het duurdere segment kent, heeft de gemeente Bergeijk in 2020 besloten tot het versoepelen van de regelgeving door het beleid Beter benutten van de bestaande woningvoorraad. In dit pakket zitten maatregelen die het bewoners eenvoudiger maken om bestaande woningen op te splitsen of om tijdelijk in bijgebouwen te wonen. 

De grote vraag naar woningen wijst op de noodzaak om nog meer te doen. Op welke manier faciliteren we vergrotingen van het woningaanbod? Hoeveel woningen bouwen we de komende decennia op welke plek? Houden we ons aan de provinciale toewijzing van 600 woningen voor de komende 10 jaar of willen we daar nog een plus bovenop zetten Wat is de typologie van de woningen? Hoe bedienen we onze doelgroepen het best? Waar willen we deze woningen plaatsen? Blijft inbreiding altijd voorkeur hebben boven uitbreiding of zien we noodzaak om uit te breiden (bijvoorbeeld om het groene karakter in onze dorpen overeind te houden en hittestress te voorkomen)?

Leefbaarheid

Bergeijk kent veel sportvoorzieningen en andere voorzieningen. Het aantal verenigingen is relatief hoog. In de gemeente bestaat een vrij robuust voorzieningennetwerk waarbij in iedere kern de basisvoorzieningen (basisschool, dorpshuis, sportverenigingen) aanwezig zijn. In de kleinere kernen zijn in de afgelopen decennia voorzieningen als de bakker, pinautomaten, banken, buurtsupers en slagers verdwenen. Ook de buslijn Eindhoven-Veldhoven-Bergeijk naar Luyksgestel rijdt sinds enige jaren vanwege een lage bezetting in avonduren en weekend minder frequent. In de Weebosch staan de basisvoorzieningen het meest onder druk (een sluiting van de basisschool is enige jaren geleden afgewend). Daarnaast is ook de positie van de supermarkt in Riethoven niet volledig zeker, hebben enkele van de dorpshuizen moeite het hoofd boven water te houden en zien de sportverenigingen dat zij hun jeugdafdelingen steeds lastiger gevuld krijgen: dit probleem manifesteert zich nadrukkelijk bij Bergeijkse korfbal- en voetbalverenigingen. Momenteel overstijgt het aanbod van deze sportvoorzieningen zelfs de vraag. 

Naar de toekomst toe is met name de ontwikkeling van het voorzieningenniveau bepalend voor de leefbaarheidssituatie in de gemeente Bergeijk. Voorzieningen zijn steeds minder lokaal aanwezig; waardoor dorpen in het buitengebied steeds meer alleen gericht zijn op wonen. Voorzieningen worden op een andere manier geleverd, bijvoorbeeld digitaal, op afroep of op gemeentelijk of regionaal schaalniveau. Het in alle kernen overeind houden van de huidige voorzieningen is wel het uitgangspunt in het huidig beleid (dorpsontwikkelingsplannen) maar lijkt op langere termijn niet haalbaar. Het vraagt flinke investeringen om voorzieningen op niveau te houden. Daarnaast vragen gebouwde voorzieningen als gemeenschapshuizen en sporthallen om onderhoud en verduurzaming.  Dat vraagt nu al om een handelingsperspectief. Gaan we als gemeente zo lang mogelijk vasthouden aan het huidige voorzieningenniveau (wetende dat op een bepaald moment in tijd het kantelpunt optreedt)? Of gaan we nu al actief sturen op alternatieven, bijvoorbeeld door concentratie of samenvoeging van voorzieningen? 

Omgevingskwaliteit (groen, water en erfgoed)

De dorpen van Bergeijk zijn aantrekkelijke, groene dorpen. Niet voor niets was Bergeijk in 2013 “het groenste dorp van Europa”. Het vraagt om inspanning om deze kwaliteiten te behouden. Als gevolg van bijvoorbeeld inbreiding staat de hoeveelheid en kwaliteit van het groen onder druk, terwijl dit voor welbevinden en het beperken van hittestress juist belangrijk is. Ook in het buitengebied is aandacht nodig voor de bereikbaarheid van groen en natuur, bijvoorbeeld via  bestaande zandpaden.

Naast groen, rust en ruimte heeft Bergeijk ook veel activiteiten te bieden op het gebied van cultuur en erfgoed. Bergeijk heeft een rijke historie die zichtbaar is in de fysieke leefomgeving. Veel oude woonhuizen en boerderijen zijn goed bewaard gebleven, en natuurlijk niet te vergeten: het erfgoed van Gerrit Rietveld. Nergens in Nederland staan op één vierkante kilometer meer ontwerpen van Rietvelds hand. De gemeente kent 49 rijksmonumenten (waarvan 11 archeologische) en 60 gemeentelijke monumenten. Tevens zijn er tal van historische bijzonderheden die niet tot het ‘bouwkundig’ erfgoed behoren maar die zeker het beschermen waard zijn zoals middeleeuwse bolle akkers en oude wegen- en groenstructuren. Opgaven zien we in het behoud en doorontwikkeling van deze historische kwaliteiten. 

Door inbreidingen in de kernen kan de hoeveelheid groen of het historisch karakter onder druk komen te staan. Dat levert regelmatig spanning op. Dat levert ook de vraag op of we als gemeente nadrukkelijker in kunnen (of moeten) zetten op de ontwikkeling van groen in de kernen.

Het vraagt inspanning om de groene kwaliteiten te behouden. Ook moeten we actief aan de slag met klimaatbestendigheid. Onze openbare ruimte moet beter bestendig zijn voor de opvang van grote regenbuien, voor droogte en voor hitte. Voldoende groen en water(berging) zorgen voor het verminderen van hitte op warme dagen. Hier ligt een opgave voor zowel de openbare ruimte als voor particuliere gronden (minder verharding in tuinen). Bijkomend voordeel van meer groen is ook dat het zorgt voor een aantrekkelijke woonomgeving waar het gezond verblijven is. 

Molen De Deen, Luyksgestel

Verduurzaming van de bebouwde omgeving

Om opwarming van de aarde en klimaatveranderingen tegen te gaan is wereldwijd afgesproken om het energieverbruik te verminderen en over te stappen op het gebruik van duurzame en hernieuwbare energiebronnen: de Energietransitie. Één van de uitdagingen binnen die transitie is het verduurzamen van de gebouwde omgeving. Alle gebouwen in Nederland moeten uiteindelijk verwarmd worden zonder aardgas of andere fossiele brandstoffen. Dat heet de Warmtetransitie. De weg hiernaar toe is voor Bergeijk vastgelegd in de Transitievisie Warmte. Hierbij hebben we voor Bergeijk te maken met weinig warmtebronnen waar we uit kunnen putten en ook een boorbeperking om het grondwater te beschermen zodat het inzetten van bodemwarmte beperkt is.

In Nederland zijn de wereldwijde afspraken vertaald en vastgelegd in het Klimaatakkoord met als ambitie: een volledig duurzame energievoorziening in 2050. Het klimaatakkoord bestaat uit vijf tafels: elektriciteit, mobiliteit, industrie, landbouw en landgebruik en gebouwde omgeving. Gemeenten zijn de regisseur van de tafels ‘elektriciteit' en ‘gebouwde omgeving’ (aardgasvrij maken, isoleren en aansluiten op een duurzame warmtebron).

Drie windmolens staan in het gras naast zonnepanelen

Gezondheid

Schone lucht, een goede bodem- en waterkwaliteit, maar ook een groene omgeving heeft een bewezen gunstige invloed op de gezondheid en het welbevinden van mensen. Een gezonde, veilige en schone leefomgeving vraagt ook om circulair afvalbeheer, bescherming tegen geluidhinder en het zoveel mogelijk beperken van de risico's die worden veroorzaakt door gevaarlijke stoffen.

Ook de klimaatverandering heeft invloed op de leefomgeving. Hierom is vermindering van emissies van broeikasgassen nodig om onze wereld leefbaar te houden. De uitstoot van al deze gassen heeft effect op het klimaat. Daaraan moeten we ons aanpassen om hittestress, verdroging en wateroverlast te voorkomen. Dit zijn opgaven waar zowel op mondiaal, Europees en rijksniveau aan gewerkt moet worden, maar waar we als gemeente ook zelf een steentje kunnen en moeten bijdragen.